Zomer in Seguret
Ik weet nog precies het moment dat ik besloot dat het genoeg was geweest. Ik zat in de auto in de dagelijkse file van Den Haag naar Utrecht. Een ellenlange vergadering achter de rug. Zo eentje waarvan je vooraf al weet dat er helemaal niets zinnigs uit gaat komen. Iedereen (mij niet uitgezonderd) zat verwoed op zijn eigen stokpaardje en de patstelling was van de eerste minuut duidelijk. Zucht. Het regende, de ruitenwissers vlogen van links naar rechts en ik bedacht daar en op dat moment: basta. Genoeg zo. Het is elders vast veel leuker. En warmer. Ik wil die pumps in de hoek gooien en met teenslippers door een fijn leven klepperen. De benen losjes in een korte broek in plaats van beklemd door panty’s.
Ik droomde van zwoele avonden aan lange tafels. Met een goed glas wijn en dito gezelschap. Met rust in mijn hoofd en met ruimte om mij heen. Jos had aan een half woord genoeg en ging voortvarend op zoek naar een mooie plek.
Dat is nu alweer 17 jaren geleden. Maar gisterenavond viel alles zo mooi samen. Zo’n moment dat je je ineens realiseert hoe verrekte goed we het hebben. Ik werd er zowaar een beetje door overvallen. Knabbelend op een bonbonnetje (zo fijn om Belgische gasten te hebben), genietend van een zacht windje en een lichtvoetige rosé. Het enige geluid was het gelach van gasten, het rinkelen van de wijnglazen en de plop van een kurk. Een stoere Cote du Rhone werd ingeschonken. Ongetwijfeld eentje waarvan wij de maker inmiddels goed kennen. Dat bedoelde ik met rust in mijn hoofd. Op die verdomde cigales na dan, maar ja, ook dat hoort erbij hier in de Provence.
In andere landen is het te warm of valt er juist te veel regen. Staan de bossen in brand en neemt een modderstroom huis en haard mee. Om maar te zwijgen van mensen die hun leven niet veilig zijn. Wat een geluk dat we dit plekje gevonden hebben. Natuurlijk, wij lopen hier niet de hele dag als blije eikeltjes rond. De dagen zijn inmiddels misschien wel even druk als toen in Nederland. Ik klepper inderdaad met de teenslippertjes, maar dan toch vooral tussen de kamers door tijdens de schoonmaak. Maar we genieten elke keer van het heerlijke weer en ons prachtige uitzicht. Files hebben we alleen tijdens het druiven plukken, wanneer de wijnboeren midden op de weg met elkaar de oogst bespreken. Of tijdens de markt, waar de lokale Jean en Jeannette verwoed in elke tomaat knijpen en ongegeneerd aan meloenen ruiken. Laatst stond een man vol overgave op een watermeloen in te beuken. Geen idee waar dat nou weer goed voor is. Maar liever op een watermeloen dan op een buurman, denk ik dan maar.
Misschien is het de zon in mijn bol, maakt het leven op het Franse platteland me rustig of is het simpelweg de leeftijd. Maar ik heb steeds vaker van die momenten van opperste tevredenheid. Ik kan schaamteloos genieten van zo’n genoeglijke avond, wil het niet verstoren en blijf net iets te lang op. Stom, want morgenochtend hebben we een extra vroeg ontbijtje voor een Ventoux beklimmer. De plicht roept, maar de cigales net wat harder!
Inmiddels is het weer in Nederland en België aan het beteren. Kunnen jullie ook lekker genieten van die zwoele avonden en het frisse rosétje. Het is jullie van harte gegund. Sterker nog: om de feestvreugde wat te verhogen, hebben wij een playlist op Spotify gemaakt. Vol met vrolijke zomerse liedjes, onder de naam ‘zomer in seguret’.
Het plekje waar Jos lang geleden naar op zoek was, is inmiddels een ‘happy place’ geworden. Niet alleen voor ons, maar ook voor onze gasten. Het toen te bouwen huis, ons thuis. Ja, het begint op een Bouquetreeks te lijken, zal in de naam zitten!